Schotland
mei-juni 2018
mei-juni 2018
De zomervakantie komt er weer aan! Dit jaar, 2018, gaan we naar Schotland. We bezoeken een aantal eilanden en hopen in dit seizoen veel vogels te zien.
Hieronder worden de verhaaltjes die we onderweg maken gepubliceerd.
Alsof we nog niet genoeg boottochten gemaakt hebben! Maar ons laatste uitstapje hier is een tocht naar de Farne Islands, een vogelparadijs in de Noordzee, iets boven Newcastle. We hadden hierover gelezen in het tijdschrift van de Vogelbescherming, en mede op basis daarvan is het idee voor een vakantie in Schotland ontstaan.
We hebben nog nooit zoveel vogels bij elkaar gezien, en van zo dichtbij. De vogels komen hier elk voorjaar broeden. Het leuke was dat inmiddels de eieren zijn uitgekomen en dat de kleintjes dus gevoederd moeten worden. Toen we aan het begin van onze vakantie Isle of May bezochten (ook een belangrijk broedgebied) waren de eieren net gelegd en de vogels nog niet zo actief.
De foto hierboven heb ik gemaakt met mijn iPhone, want onze camera’s vertonen nog steeds kuren. En als je ziet hoe de medereizigers ‘gewapend’ waren, ben ik er best trots op!
We verbleven op een weiland aan een baai in de Noordzee, zonder voorzieningen maar met een prachtig uitzicht en een hele mooie zonsondergang boven de droogvallende baai.
En nu zit het erop, na 15 overtochten en 2 toeristische boottrips hebben we er best zin in om weer naar huis te gaan. Hoeven we ook niet meer steeds op zoek naar internetdekking en satelietontvangst voor de televisie (WK voetbal).
(De laatste twee berichtjes zijn pas thuis gepubliceerd in verband met internetproblemen).
Deze slideshow vereist JavaScript.
Na de eilanden bezochten we Skye, Western Ross, Nevis Range, Glen Coe en Loch Lomond, om maar wat te noemen. De eilanden waren ‘kaal’, daarom viel het toen we op het vasteland kwamen des te meer op dat de natuur niet stil gestaan had. Toen we onze vakantie begonnen (aan de oostkust) bloeiden overal de narcissen en boshyacinten. Verder naar het noorden kwam de bloeiende brem. Bomen kwamen net in het blad. Nu we weer terug zijn (dit keer aan de westkust) zien we de heide bloeien. Dat voelt toch alsof je een paar maanden weg geweest ben. Alles is nu uitbundig groen, want overal hebben de varens zich ontrold.
De wegen zijn hier veelal enkelbaans, met regelmatig een ‘passing place’. We hebben nog niet kunnen ontdekken of daar ook voorrangsregels voor gelden. Iedereen schiet onmiddellijk zo’n passeerplek op als er een tegenligger nadert. Met het gevolg dat je steeds op elkaar staat te wachten, en vervolgens allebei tegelijkertijd weer begint te rijden. Soms worden er lichtsignalen gegeven en Jan had al snel bedacht dat wij om de doorstroming te bevorderen maar beter door kunnen rijden. Ook al betekent dat soms dat je weer achteruit terug moet omdat de tegenligger hetzelfde dacht.
De wegen met wee rijbanen zijn ook erg smal en zonder bermen. Dat heeft ons al een ster in de voorruit en een kapotte buitenspiegel opgeleverd. En omdat wij het stuur links hebben, voelt het alsof alle tegenliggers aan de passagierskant (mijn kant!) naar binnen rijden.
Hieronder nog wat foto’s van West Schotland: Ben Nevis (hoogste berg in Schotland) zie je bijna nooit helemaal: de top is altijd in de mist. Behalve de dag dat wij er waren! Het viaduct is een beroemd viaduct, met name vanwege het feit dat het vaak te zien is in de Harry Potter films (als de Hogwarts Express erover rijdt). Later zagen we ook Alnwick Castle, het kasteel dat in de films Hogwarts (Zweinstein) is.
Ons verblijf in Schotland zit er op. Ons laatste uitstapje hier wordt een boottocht naar de Farne Islands, in Noord Engeland.
Na Lewis bezochten we achtereenvolgens North en South Harris, North Uist, Benbecula, South Uist, Eriskay, Barra en Vatersay. Gelukkig zijn een aantal van die eilanden met dammen verbonden, zodat we maar drie overtochten met een veerboot moesten maken. Het landschap is mooi, maar wel veel van hetzelfde: rotsen, heuvels, meren, stranden, schapen. Wij vonden South Harris en Barra het mooist.
Het weer is erg wisselend: veel regen en wind, maar soms ook onverwacht weer een mooie dag. Temperaturen tussen de 10 en 14 graden, dus best wel koud. Veel valt er verder niet te vertellen. Er is hier niets te doen (behalve wandelen); een winkel is een zeldzaamheid; restaurants bijna geheel afwezig en zelfs de eerste pub die we na drie en halve week bezochten was niet gezellig.
Toch nog wat bijzonderheden: Barra heeft een luchthaven op het strand. Beperkt bereikbaar, want als het vloed is, loopt alles onder en kan er niet geland worden. Leuk om een tijdje te kijken naar zo’n mini-luchthaven. Kampeerplaatsen zijn er op de eilanden nauwelijks. In theorie mag je in de vrije natuur staan; in de praktijk valt dat nogal tegen. Op veel plekken staat een bordje ‘no overnight parking’. Logisch wel, want de hoeveelheid camperbusjes is enorm. Die wil je niet overal in het landschap zien. Maar het betekent wel dat je al heel vroeg op zoek moet naar een plekje. In South Harris mochten we bij een restaurant staan. Op de andere eilanden hebben we vooraf gereserveerd, want dat blijkt iedereen te doen. We reden vaak een leeg kampeerterrein op, om te ontdekken dat bij alle plekken bordjes ‘gereserveerd’ hingen. Reserveren is dus wel zo efficiënt, maar minder avontuurlijk.
We laten nu de eilanden bijna achter ons: op dit moment staan we te wachten op de veerboot naar Skye. De op één na laatste boottocht deze reis. En dan komen we weer in de Highlands aan de westkant van Schotland.
Kortom: het is allemaal een beetje hetzelfde, allemaal een beetje saai en niet echt lekker weer. Toch vermaken we ons prima en we genieten van alle rust en stilte.
Deze slideshow vereist JavaScript.

