De Grote Rode Treinreis
mei – juni 2019
mei – juni 2019
Al sinds Jan en ik elkaar kennen hebben we plannen om te reizen met de Transiberië Express. Destijds (1975) was dat nog heel spannend: Koude Oorlog, IJzeren Gordijn. We wilden ons goed voorbereiden en hebben al meer dan 7 handboeken en fotoboeken in de kast staan. We hebben zelfs twee jaar Russische les gehad. Maar er kwam steeds iets tussen: geen tijd, geen geld, andere prioriteiten.
En nu komt het er dan toch van! Het wordt de Transmongolië Express: van Moskou naar Beijing. Aansluitend bezoeken we een paar plaatsen in China en reizen we door met de Himalaya Express naar Lhasa, Tibet.
Alle handboeken konden we weggooien, er is sinds 1975 veel veranderd. Nieuwe boeken gekocht, een vertaal-app geïnstalleerd en onderzocht of en hoe we onderweg internet kunnen hebben om het thuisfront op de hoogte te houden. Hieronder lees je hoe het ons vergaat.
We zijn alweer een paar dagen thuis. Alles uitgepakt, gewassen, opgeruimd. Uitgeslapen, boodschappen gedaan.
De terugreis was prima: 10 uur vliegen. Het vliegtuig was lang niet vol dus we hadden voldoende ruimte. Onze auto stond op Schiphol en er waren geen files.
Reizen is mooi, maar thuiskomen is ook heel fijn. En thuiskomen in een schoon en opgeruimd huis, waar bloemen staan, waar de post gesorteerd is, waar het gras gemaaid is en de heggen geknipt: dat is pas echt fijn! Iedereen heel erg bedankt daarvoor.
En wat nu? Gisteren is Jan alweer naar de stalling geweest waar onze camper staat. Gewoon, om te kijken of hij nog wilde starten. En dat deed-ie. Daarom nu snel een afspraak voor de APK keuring maken. En de agenda’s erbij pakken. Want we hebben nog plannen voor dit najaar…
Onze laatste stop in China is Chengdu. We vlogen vanaf Lhasa (Tibet) hiernaar toe en vliegen vanaf hier over twee dagen rechtstreeks naar Amsterdam. Het klimaat hier is moordend: 30° C en een luchtvochtigheid van 95% !. Soms regent het, maar dat merk je dus niet eens.
Waarom we hier twee en halve dag zijn, snappen we ook niet helemaal. We hadden 1 dag aangevraagd, omdat hier in Chengdu het Panda Breeding Centre is. En dat leek ons leuk om te bezoeken als we er toch waren. Nu moeten we echter nog een dag zoekbrengen in deze grote moderne stad. Zelfs Lonely Planet kon geen bezienswaardigheden noemen. We hebben dus wat rondgelopen en zijn uiteindelijk bij een Belgisch biercafé beland. Waar ze overigens Chinees craft beer schonken.
Dag 2 dus de Panda-excursie. We werden om 8:00 uur ’s morgens opgehaald. De gids legde het programma uit: eerst naar de panda’s en daarna een autotocht van 3 uur naar een Boeddhabeeld. En dan weer drie uur terug. Dat dachten wij niet! Boeddha hadden we al 10.000 keer gezien. Dus werd het programma aangepast: Panda’s en daarna naar een park in de stad en wat ‘oude’ straatjes. Werd het toch nog een leuke dag. In het park brengen de Chinezen de zondag door met de hele familie, zingen en dansen ze en vertonen allerlei mensen hun kunsten zoals goochelen of kalligraferen. Er is ook een ‘matchmakers’ markt, waar ouders hun zoon of dochter proberen uit te huwelijken. Kun je uren naar kijken.
De panda’s waren ook leuk: we waren er al vroeg, dus waren ze nog een beetje actief. Het was ontbijttijd. Naast een aantal jonge panda’s, zagen we ook een pandababy van 11 dagen oud. De reuzenpanda’s spreken natuurlijk het meest tot de verbeelding, maar de rode panda’s (geen familie) waren ook leuk. Kijk zelf maar.
Lhasa ligt op ongeveer 3.500 meter hoogte. En dus moet je langzaam acclimatiseren, om te wennen aan de hoogte. Aangeraden wordt om het minimaal een dag erg rustig aan te doen en niet te veel te ondernemen. Dat zat er bij ons niet in: we kwamen ’s avonds om 21:00 uur aan en de volgende morgen om 9:00 uur moesten we al 120 meter met trappen omhoog voor een bezoek aan het beroemde Potala Palace. In de volle zon, natuurlijk. Ook de rest van de dag bleef het klimmen en dalen. Behalve het Potala Palace bezochten we de Jokhang Temple en liepen we daar Barkhor Street. Zegt jullie allemaal niks natuurlijk, maar neem van ons aan dat dit allemaal mooie Tibetaanse Boeddhistische hoogtepunten zijn. Het duizelt ons inmiddels wel een beetje van alle Boeddha’s: er is verschil tussen de Mongoolse, Chinese, Tibetaanse en Indiase Boeddha’s, maar ook weer veel overeenkomsten. Daarom heb je bij het bezoeken van die religieuze gebouwen wel eens het gevoel dat je dit allemaal al eerder gezien/gehoord hebt, maar dan net anders.
Belangrijk is in elk geval dat Tibet het land van de Dalai Lama is, maar dat de huidige Dalai Lama (de 14e) er niet meer mag wonen. Hem zie je dus niet, maar in de religieuze gebouwen zijn zijn voorgangers rijkelijk vertegenwoordigd.
De tweede dag bezochten we het Drepung klooster en het Sera klooster. Weer eindeloos klimmen, weer veel Boeddha’s en Dalai Lamas. Dat klinkt alsof het allemaal saai is, maar dat was het niet. Ik kan het alleen moeilijk kort omschrijven. In het Sera klooster zagen we de monniken in debat. Dit is een onderdeel van hun opleiding, om met elkaar tot de juiste overtuiging te komen. (Maar ze doen het wel dagelijks, met name voor toeristen).
Verder konden we niet veel in Lhasa, je mag er niets en je wordt constant in de gaten gehouden. Alleen in het kleine centrum mag je vrij rondlopen; daar word je dan weer door honderden camera’s in de gaten gehouden. Ook kun je niet over alles praten, met je mede-toeristen of met je gids. Iedereen is erg op zijn/haar hoede. Om buiten Lhasa te reizen heb je naast een verplichte gids telkens andere permits nodig. Wij hadden alleen een permit voor Lhasa.

